Paddenstoelentijd

Caroline van de Burgt is ambassadeur voor de biodiversiteit en schrijft maandelijks over biodiversiteit en wat ze allemaal tegenkomt in haar tuin.

De herfst is begonnen, mijn favoriete seizoen. De geuren, de kleuren, de overvloed, en van de grote boleten tot piepkleine kussentjes op de hoedjes van een eikeltje: paddenstoelen. Ze zijn er het hele jaar, maar in deze weken zie je wel de grootste variatie. En dat is ook logisch, want de meeste paddenstoelen (de paddenstoel is eigenlijk ‘de bloem’ van een schimmel) groeien op dood organisch materiaal, zoals afgevallen blad. En dat ligt er nu genoeg.

Ik ben niet goed in het benoemen van de verschillende soorten. Heus, ik heb het geprobeerd, maar ik vind het lastig omdat ze zo variabel kunnen zijn in kleur, vorm en grootte. En voor je het weet verwar je een eetbare met z’n giftige neefje. Dus voor mij is het kijken en niet aankomen. Maar ik vind het fascinerend om te zien hoe snel ze groeien. Onder de grond, waar de schimmeldraden groeien wordt in een soort ei de hele zwam al in elkaar geknutseld en dan, als de omstandigheden goed zijn, schieten ze spreekwoordelijk de grond uit.

Die schimmeldraden in de grond zijn een wereld apart. Recent is ontdekt dat schimmelnetwerken bijdragen aan de gezondheid van bomen en planten. Ze maken voedingsstoffen beter opneembaar voor planten en helpen ze zelfs bij de bestrijding van plaagdieren. Een ondergrondse snelweg van organische communicatie. Hoe bijzonder is dat!

Maar bovenal zijn paddenstoelen voor mij kunstwerkjes van de natuur waar ik enorm van geniet.

Tip: leg in de border een paar stukken schoon hout. De schimmels komen vanzelf en helpen het bodemleven gezond te maken.